Kobe De Waele
Kobe Roeland Dirk De Waele werd geboren op 25 juli 2007 om 10.50u met een keizersnee.
Hij woog op dat moment 3 kg 210 g.
Hij is het broertje van Wolf, en zoontje van Gudrun Rombaut en Bart De Waele.
Wie wil, kan hier de video's bekijken, een berichtje nalaten in het gastenboek, of Kobes dagboek erop nalezen. Er komen regelmatig berichtjes en foto's bij, dus kom af en toe opnieuw een kijkje nemen.
Diosauwes
Gisteren was er het familiefeestje voor Wolfs vijfde verjaardag, en hij heeft een hoop dino's gekregen. Jij vindt die beesten blijkbaar ook bijzonder fascinerend, en loopt er het hele huis mee door, terwijl je zegt ‘dinosaurus'. Bon, voor de goede verstaander dan toch, het klinkt eerder als ‘diosauwes". Toch niet slecht voor een mormeltje van anderhalf, denk ik dan :-p
Verder blijf je een speciaal mannetje. Je doet niks liever dan opruimen, nog steeds, en helpt dan ook fervent, soms ietsje té fervent zelfs. Zo had ik gisteren een van mijn USBsticks gewoon op mijn bureau gelegd, en was ik die daarnet kwijt. Ik heb alles afgezocht, op de grond gekeken, zelfs in de vuilbak, en toen viel plots mijn euro: jij had hem gisteren even in je handjes gehad. En jawel, hij lag netjes bij de rest van de elektronica in de schuif naast me :-p
Soms kan je wel eens ruzie maken over iets, maar meestal heb je wel door wanneer je gelijk hebt en wanneer niet. Zo zette je daarstraks je keel open, en bleek dat je Wolfs nieuwe fototoestel in handen had. Toen ik je berispte, gaf je het dadelijk terug, zonder een zweem van protest.
Intussen zit je op mijn schoot mijn koffie te stelen. Ik drink mijn koffie altijd met de helft melk en een klontje suiker, en jij vindt het heerlijk. Ik herinner me dat dat bij Wolf ook het geval was op die leeftijd, maar nu moet hij er gelukkig niks meer van weten. Jij mag altijd met het lepeltje in mijn quasi lege tas zitten prutsen, en je geniet ervan.
Woensdag zijn we eindelijk bij Kind & Gezin geraakt, een drietal maanden later dan gepland. Ik was het eerst vergeten, en dan bleek er een wachttijd van meer dan een maand te zijn. Enfin, je hebt al je inentingen gekregen, en da's het belangrijkste. Je bent intussen 83 centimeter groot, en weegt, met proper pampertje aan, 12.360 kg. Het kan niet missen dat mijn rug soms protesteert als ik veel met jou aan het gooien en spelen ben :-p Waar zowel de verpleegster als de kinderarts van opkeken, was het feit dat jij al zo goed kan praten! De meeste jongens van jouw leeftijd beginnen een paar woorden te zeggen, en jij zegt al tweewoordzinnetjes, en zelfs met voltooid deelwoord, zoals ‘koek evalle!' Ik zat erbij en straalde :-)
Wat me ook opgevallen is, is dat je niet echt egoïstisch bent (maar dat kan nog komen natuurlijk). Wolf deelde altijd alles, en nu blijk jij dat ook te doen. Je krijgt als tussendoortje regelmatig een stukje peperkoek, want daar ben je verzot op. Vaak zitten jullie dan allebei aan tafel, en deel ik een schelletje peperkoek in twee, en krijgen jullie elk een halfje. Gisteren kreeg jij, na je kiwi, ook nog een stukje. Met blinkende ogen nam je het aan, keek er even naar, stak dan je andere hand uit en zei: ‘Wof?' Ik gaf je het tweede stukje, en dat ging je netjes naar Wolf brengen die in de woonkamer aan het spelen was, zonder dat ik het gevraagd had.
Ik heb het gevoel, konijnemuis, dat jullie allebei enorm blij zijn dat je een broertje hebt. En ik, ik ben verzot op jullie twee :-)
- Geen reacties.
- Plaats een reactie
Ziek
je bent al een week ziek, en eigenlijk kwam dat deze keer absoluut niet goed uit. Vrijdagavond was er het jaarlijkse diner voor alle Netlashmedewerkers (deze keer uitgebreid met Talking Heads), en had ik een leerlinge gevraagd te komen babysitten en meteen ook te blijven slapen. Rond elf uur ging mijn GSM: ze wou even melden dat je overgegeven had en dat ze je dus in bad had gezet, en dat je intussen al gestopt was met huilen en in een verse pyama zat rond te kijken, en dat ze je bedje nog moest verversen. Of ik haar even kon zeggen waar ze de verse lakentjes kon vinden. Papa wou meteen naar huis gaan, maar Lien zei dat dat niet nodig was, dat alles intussen onder controle was.
Een kwartiertje later liep er een SMSje binnen: dat je alweer had overgegeven, en dat je nu wat zielig zat te wezen bij haar op schoot. Aangezien we intussen rustig zaten na te tafelen bij een koffie, besloten papa en ik maar meteen naar huis te rijden, en een twintig minuutjes later waren we thuis. Het huis was donker en rustig, maar Lien had ons toch gehoord en kwam even verslag uitbrengen. Je sliep alweer, maar het ging toch niet schitterend.
De rest van de nacht heb je nochtans doorgeslapen, tot een uur of zeven. Ik ben eventjes opgestaan, heb je luier ververst, en heb je daarna met Lien en Wolf meegegeven naar beneden. Toen ik rond tien uur opstond, lag jij alweer te slapen. Echt gegeten had je niet, wel een flesje gedronken.
De rest van de dag at je weinig, sliep je veel en leek je wat lusteloos, maar dat was dan ook alles. Koorts had je niet. Ook zondag was dat het geval, en ik was hard aan het twijfelen of je maandag wel ging kunnen geopereerd worden. Zowel jij als Wolf moeten immers onder het mes: allebei voor fimosis, maar jij vooral voor je kryptorchie.
Momenteel heeft de dokter maar één testikel kunnen lokaliseren in je buikholte, en die gaat hij dan ook naar beneden halen, waar hij thuishoort. De linkse echter vindt hij niet. Op zich is één testikel helemaal geen probleem, die neemt perfect de hormonale en andere functies over van de twee. Hij moet er echter zeker van zijn dat de andere ontbreekt, want als die in je buikholte blijft hangen, kan hij later uitgroeien tot een kwaadaardig gezwel. Nu, het zou kunnen dat de uroloog die teelbal niet vond omdat jij al je spieren opspande, en dat hij hem wel kan voelen zodra jij helemaal onder verdoving en dus ontspannen bent. Vindt hij hem niet, dan wil hij via je navel een kijkoperatie uitvoeren en grondig gaan zoeken, om helemaal zeker te zijn. Wat er ook van zij, je zal minstens twee, en misschien zelfs drie gaten in je buikje hebben, en minstens één nacht in het ziekenhuis moeten blijven. Ik kan niet zeggen dat ik ernaar uitkijk.
Maar... je mocht dus niet ziek zijn voor zo'n ingreep. Laat dat nu toch wel het geval zijn zeker! Toegegeven, het halve land ligt geveld door de griep, maar dan nog. In de loop van de zondagnamiddag begon je je precies wat beter te voelen, en ik kreeg weer hoop. Helaas, tegen de avond kreeg je koorts, en wel boven de 39̊. Geen operatie dus. Aangezien Wolf die nacht ook plots begon over te geven, hebben we alles maar meteen afgezegd. Ik denk niet dat het ziekenhuis daar bijzonder blij mee was, maar daar viel niks aan te doen natuurlijk.
Enfin, intussen waren ook papa en ik allesbehalve gezond gebleven: we hoestten en blaften als een compleet roedel jachthonden dat zijn prooi heeft geroken. Maandag bleven we dus allebei thuis, ook al om voor jullie twee te zorgen. Tegen de avond kwam de huisdokter, en die stelde dat het iets viraals was: je keel, oren en longen leken gezond, alleen je neusje was nogal aan het lopen. Fysiologisch water, neusdruppels, iets tegen de diarree en iets om ervoor te zorgen dat je misschien toch iets wilde eten, dat was wat ik de volgende morgen kon gaan halen in de apotheek. Bij mij had ze, na een stevige hoestbui, ook even geluisterd naar mijn longen, en me meteen thuisgezet tot woensdag. Op die manier kon ik uiteraard voor je zorgen.
Met jou ging het intussen op en af: al naargelang de inwerking van je perdolans en andere medicatie begon je te spelen, of lag je lamlendig in mijn armen. Eten deed je af en toe, maar drinken des te meer. Ik heb je geregeld een fles melk gegeven, zodat je toch iets van voedingsstoffen binnenkreeg. Je hebt de voorbije dagen ook vooral veel geslapen, overdag dan toch. ‘s Nachts ging het een pak minder: je werd elk uur wakker en begon zacht te huilen. Papa had toen het lumineuze idee om het logeerbed naast ons bed te zetten, zodat Wolf tenminste kon doorslapen, en ik ook niet elke keer naar beneden hoefde. Twee nachten heb je daar geslapen, en de nacht van dinsdag op woensdag werd je om de drie kwartier wakker. Het was meestal voldoende om je even te sussen en te zeggen dat ik er was, en je opnieuw een tuutje te geven en je even op je andere zij te leggen, om je verder te doen slapen. Omdat ik ook niet echt mijn bed uit hoefde, stoorde me dat niet zo erg: ik slaap sowieso al erg licht.
Enfin, afgelopen nacht heb je in je eigen bed doorgebracht. Je bent rond half drie wel uitgebreid beginnen huilen, maar je bleek dan ook een gigantisch vuile broek te hebben. Papa heeft je ververst, en ik heb je aansluitend wat water gegeven, een stevige lepel Junifen, en je neusje nog even vrijgemaakt, en je hebt meteen geslapen tot ‘s morgens. Oef.
Deze morgen wilde ik nochtans geen risico lopen, en heb ik je bij oma en opa gebracht. Daar heb je vooral geslapen, serieus wat koorts gehaald (39,75̊) maar wel flink gegeten, joepie! Je liep in elk geval bijzonder vrolijk en energiek rond toen ik je deze avond weer ging ophalen, en je leek helemaal niet ziek meer. Toch voelde je alweer vrij warm aan. Thuisgekomen heb je nog wat gegeten, een beetje melk gedronken, en nu slaap je al een tijdje. Je had bij het slapengaan totaal geen koorts meer. Ik hoop maar, muisje, dat het snel keert. Morgen komen omaly en bompa op jou passen, en wellicht ook hopeloos vertroetelen. Je kan er maar deugd van hebben!
Intussen leer je meer en meer woordjes, kleine man. ‘Lallen' wil zeggen dat er iets gevallen is, iets wat nogal eens gebeurt. Je zit bijzonder graag bij mij of papa op schoot als we aan onze bureau zitten, en dan begin je met alles te spelen dat maar binnen handbereik is. Of net niet, en dan wijs je het vragend aan: ‘Ja?' Als ik dan vraag wat je wil, wijs je bijzonder overtuigd met een begeleidend ‘Datte'. Ook ‘aap', ‘ham' (voor hamster) en ‘oko' voor choco passeren geregeld de revue. Je vraagt aan tafel wat je op je boterham wil door aan te wijzen, en wanneer ik dan het juiste product omhoog hou, knik je enthousiast ‘Ja!'. Zodra je een vuile broek hebt, zeg je ‘kaka', al durf je ons wel eens op het verkeerde been zetten: je zegt het ook wanneer je moeite hebt je broek te vullen. ‘Tietje' is intussen het woord voor je tuut, en ‘kieke' is een koek, al kan je er ook mee bedoelen dat we moeten kijken. Met ‘appel' bedoel je alle soorten fruit, en je begint tegenwoordig ook al ‘naan' te zeggen. Maar zelfs zonder woorden heb je het er eigenlijk niet bijzonder moeilijk mee jezelf verstaanbaar te maken: je gezichtje en je gebaren spreken vaak boekdelen.
Zo kom je minstens één keer per dag bij mij met het bakje van de DVDspeler, legt het in mijn handen, en vraagt "Bumba?". Als ik dan ja zeg, word je wildenthousiast, trekt de deur van de tvkast open, en installeert je bij me in de zetel. Je kan er probleemloos zelf uit, maar erin kruipen is nog moeilijk. Toch heb je het niet graag als ik je help, je bent liever zelfstandig. Daarom zet ik, net zoals vroeger bij Wolf, een stoeltje in de hoek tegen de zetel. Ik hoefde je maar één keer te tonen wat de bedoeling was, en je had meteen door dat je eerst op het stoeltje moest kruipen, en daarna de zetel in kon.
Eigenlijk ben je wel bij de meeste dingen zo rap, soms zelfs té rap. Zo heb je blijkbaar heel goed gekeken hoe ik de telefoon blokkeer, en duw je tegenwoordig soms even lang op het bewuste knopje om hem te deblokkeren, met alle gevolgen vandien. Soms heeft het ook zijn voordelen: je hebt ooit gezien hoe ik de plastieken kinderbordjes uit de vaatwas neem en ze netjes op een stapel in de schuif leg. Sindsdien help je me wanneer ik de vaatwas uitleeg: één voor één neem je de felgekleurde bordjes uit het rek, en legt ze netjes in de schuif. Je omzeilt behoedzaam de porseleinen bordjes, of vraagt hulp als die in de weg zitten. Ook het kinderbestek vis je uit het bakje en leg je op zijn plaats. Ik hoef ook nooit twee keer te vragen om op te ruimen: netjes leg je alle potloodjes terug in de doos, en probeer je een stapel te maken van je papieren en je boekjes.
En weet je wat bijzonder schattig is? Elke telefoon gebruik je om te doen alsof je belt. Je houdt hem dan aan je oor, en zegt parmantig ‘Ajo?' of soms zelfs ‘Allo?' Als ik dan vraag wie het is, antwoord je met uitgestreken gezicht 'Poepa' en geeft me het toestel door. Als ik wat verder zit, hoor ik je regelmatig vragen: ‘Allo? Mama? Ja!' terwijl je dan heftig zit te knikken. Af en toe is het blijkbaar ook papa aan de telefoon. Hm. Soms heb ik de indruk dat ik nogal veel bel, als ik jou zo bezig zie :-p
Kinderen zijn een spiegel van hun ouders, zegt men wel eens. Blijkbaar hebben Bart en ik dan wel een stevig karaktertje, molletje!
- Geen reacties.
- Plaats een reactie
Onvervaard
Klein muis,
ik heb net de choco uit je haar gewassen :-p Je hebt namelijk sinds een paar dagen het fenomeen 'choco' ontdekt, en sindsdien heeft de speculoospasta voorlopig afgedaan.
Je bent intussen al zó gevorderd in taalgebruik dat je quasi alles begrijpt en ook toepasselijk reageert. Zodra je aan tafel zit, vraag ik je wat je wil eten. Ik wijs dan een paar dingen aan, en dan zeg je 'Ja' of 'Nee', al naargelang. Eerst begin je met een boterham met hartig beleg, zoals kaas, salami, paté, hesp... En halverwege die - nog steeds in kleine stukjes gesneden - boterham begin je al te wippen en te wijzen: 'Daa! Daa! Dat!' Dan moet ik een paar keer herhalen dat je eerst de boterham op je bordje moet opeten, waarop je meestal je mond barstensvol propt, en nog nauwelijks verstaanbaar 'Dat!' zegt, terwijl je weer begint te wippen en te wijzen. Zodra ik dan de pot choco durf nemen, breng ik je in opperste staat van vervoering: je schaterlacht en wipt bijna uit je stoel van enthousiasme, terwijl je hoofdje bijzonder geestdriftig ja knikt.
Als ik dan eerst nog een boterham voor Wolf durf te smeren, ben je zwaar teleurgesteld en begin je bijna te huilen. Ik moet je echt soms op je plaats zetten, de wereld draait momenteel rond en enkel in functie van Kobe.
Vorige zaterdag heb ik dat ook nog eens duidelijk gemerkt. Je was dringend aan nieuwe schoenen toe, je eerste schoentjes waren zo goed als te klein. Ik dus met jou naar de Brantano, waar jij braafjes rondkeek naar al het volk dat van de solden kwam profiteren. Je protesteerde ook helemaal niet toen een verkoopster jouw voetje mat, en ik daarop je een paar schoentjes aantrok. Je deed zelfs netjes een paar stappen, en dat bleek prima te lukken.
Omdat ik ook nog een paar schoenen voor papa moest zoeken, bracht ik je daarna naar het kinderspeelhoekje: een soortement van houten cabientje, met een bankje, wat leuke gaten, een paar kralenspelletjes en wat blokjes. Ideaal dus. Dat bleek jij ook te vinden, want je liet me rustig mijn gang gaan. Meer nog: toen ik naar de kassa wilde, had jij nog helemaal geen zin om mee te gaan. Je gehoorzaamde niet eens toen ik je vroeg te komen, en dat ben ik niet van je gewoon. Ik heb je echt in de kraag moeten vatten, maar dan kwam je toch zonder protesteren mee. Aan de kassa ben je zelfs braaf op je poep gaan zitten, omdat we moesten wachten. Toen bleek dat ik mijn klantenkaart (die daar eigenlijk echt wel de moeite is) in de auto was vergeten, ging ik die snel halen met jou op de arm. Bij het opnieuw binnenkomen zette ik je op de grond, en onmiddellijk ging je op pad, de gang van de kinderschoenen in, tot je aan de andere kant het speelhoekje ontwaarde. En jawel, onvervaard ging je erop af, zonder acht te slaan op de mensen rondom jou, of het feit dat je mama helemaal niet kon zien. Kobe wilde spelen, en Kobe gíng spelen. Ik moest echt lachen. Ik heb rustig afgerekend, en ben je dan gaan oppikken aan het speelhoekje. Gelukkig kwam je gewillig mee, maar ik vond het eigenlijk wel grappig.
's Avonds kwam je peter Dirk nieuwjaren, en die had - op mama's aanstoken - het ideale cadeautje voor jou mee: een nieuwe DVD van Bumba! Je trok het papiertje open, en werd meteen wildenthousiast, en dat woord mag je gerust letterlijk nemen. Je begon te schateren, te springen, 'ja' te roepen, op het bakje af te stormen en te dansen. Alles tegelijk. Er zat niks anders op dan je een afleveringetje te gunnen, en dat werd op een bijzonder dankbare blik onthaald. Dirk en Ilse moesten echt lachen toen ze jouw enthousiaste gedrag zagen: je zat, zoals altijd bij het bekijken van Bumba, bij me in de zetel. In het begin zit je altijd netjes op mijn zijdelings gevouwen benen, maar al na een paar tellen word je meegezogen, begin je te klappen, mee te zingen, te roepen, en uit pure opwinding over me heen te klauteren. Mama's zijn duidelijk ideaal als klimrek. Heh, het werd bijna moeilijk om je nog mee te krijgen naar boven om te gaan slapen. Gelukkig is er altijd de lokroep van de tandenborstel: eerst poetsen papa of ik even jouw tanden, en dan mag je zelf aan de slag, zoals je grote broer ziet doen. Niet dat je er iets van terechtbrengt natuurlijk, maar het is al bijzonder fijn als je het leuk vindt.
Wat trouwens een nieuwe badkamertraditie lijkt te worden (naast het obligate weggesteek van Wolf en het gezoek van jouw kant), is dat je je kaakjes inwrijft met ColdCream. Tijdens het vriesweer van de voorbije twee weken werden je kaakjes nogal droog, en daarom had ik dat tubetje bovengehaald. Je had gezien hoe ik het dopje eraf schroefde, een beetje crème op mijn vinger deed en dat op je wangetjes smeerde, en je wilde me nadoen. Dus ja, ik moest je helpen om het dopje los te draaien, en daarna ging je enthousiast aan het ‘smeren'. Alleen had je bijzonder snel door dat er niet echt zalf aan je vinger bleek te hangen, dus vroeg je me om te duwen: je nam mijn hand, legde dat op het midden van de tube, keek me vragend aan en zei: ‘Ja?' Je bleef die vraag geduldig herhalen, tot ik uiteindelijk een piepklein beetje zalf uit de tube duwde, en jij bijzonder gretig met je kleine wijsvingertje het goedje op je kaak smeerde. En trots dat je was!
Nog zo'n traditie speelt zich af bij het slapengaan. Ooit lag er een tweede losse tuut in je bedje, en kwam ik op het lumineuze idee om die zogezegd in de mond van je kleine knuffelpaardje te steken. Je vond dat ongelofelijk grappig, en wilde voortdurend van tuut wisselen met het beestje. Sindsdien moet er met tuten en paardjes gespeeld worden bij het slapengaan. Meestal is er maar één tuut en zit die in jouw mondje. Je haalt die dan uit, en steekt die zogezegd in de mond van het paardje. Daarop begint dat beestje te spuwen en ‘bweikes' te zeggen, en jij lacht je een kriek. Ik moet dan met een hoog stemmetje zeggen: "Neenee, de tuut is voor Kobe, nonnie nonnie (om het taaltje van Bumba te gebruiken)!" Dan steek je de tuut weer in je eigen mond, om hem quasi onmiddellijk weer met een grijns aan het paardje aan te bieden. Dat spelletje herhaalt zich zo een paar keer, tot ik er uiteindelijk genoeg van heb, en je zeg dat je moet slapen. En eigenlijk ga je dan heel gehoorzaam op je zij liggen met je eland in je handen en je tuut in de mond.
Je praatvaardigheid gaat er ook met sprongen op vooruit. Je spreekt de kinderen van de Spruitjesdoos met hun naam aan, en ook ‘Wof' en oma en opa zijn uitspreekbaar. Wolf heeft zich tranen gelachen toen hij hoorde dat je tegen bompa ‘poepa' zei, en heeft het je in de auto, op weg naar het nieuwjaarsdineetje, wel 20 keer doen zeggen. En jij, altijd bereid om plezier te maken met je broer, deed dapper mee. Je brabbeltaaltje is er nog eentje voor de insiders, maar uiteindelijk slaag je er wel in om jezelf behoorlijk verstaanbaar te maken, en dat voor een kleintje van nog geen anderhalf. Je bent goed bezig, Kobe, echt wel!
- Geen reacties.
- Plaats een reactie
Tandjes
Klein konijn,
je bent toch een speciaal geval!
Eerst wacht je bijzonder lang met tandjes krijgen, dan heb je er een half jaar lang maar zes (vier bovenaan, en twee onderaan), en nu krijg je er acht tegelijk! Jawel, acht: nog twee snijtanden onderaan, twee extra bovenaan, en meteen ook een kies aan elke kant! Geen wonder dus dat je de laatste dagen bijzonder hard aan het zeveren was, overal op wilde bijten, moeilijk deed over harde stukjes en korstje, en voortdurend rondliep met rode kaakjes. Die ondertandjes had ik al een tijdje gezien, zondag wist oma me te vertellen dat ze ook bovenaan doorkwamen (beroepsmisvorming, denk ik) en maandag zag ik plots, toen je aan het schateren was, meer wit in je mondje.
Vorige week heb ik trouwens gigantisch met je moeten lachen: je weet bijzonder goed wat je wil! Wolf, jij en ik waren samen naar boven gegaan om pyama's aan te doen, en daarna hadden we Wolf in bed gestoken. Jij moest je flesje nog drinken, zodat je weer mee naar beneden mocht. Je leek nog niet echt moe, zodat we ons samen installeerden in de zetel en naar kleuterprogramma's keken. Ik vond dat we daar bijzonder goed en gezellig zaten, maar... Toen Hopla gedaan was, nam jij plots het bakje uit mijn handen, zwaaide ermee naar de tv, klauterde uit de zetel, nam je tuutje en je Bumbaatje van de salontafel, draaide je even om naar me en zwaaide 'tata', en ging naar de gangdeur. Ik zat met open mond te kijken, schoot in de lach, en volgde. Zodra ik de deur opende, ging je naar de trap, wachtte even tot ik mee was (je weet dat je niet alleen de trap op mag) en begon driftig te klauteren. Boven liep je meteen naar de badkamer: je ging slapen! Soms he, ben je toch een raar ventje! We moeten trouwens opletten wat we 's avonds zeggen: als we durven zeggen tegen Wolf dat het bijna tijd is om te gaan slapen, interpreteer jij dat als een verzoek, en begint dan te huilen als we niet meteen naar boven gaan.
Je woordenschat is intussen alweer flink uitgebreid, vooral het woord 'pampe' kan je zo schattig zeggen! Je bent ook bijzonder leergierig, het liefst van al zit je samen met me in een boekje te kijken, en wijs je de verschillende voorwerpen aan. Ik moet dan de namen zeggen, en jij doet dat dan na. Het is ook opmerkelijk hoeveel beestjes je al herkent, en het geluid ervan nabootst. Ik heb het dan niet over steeds hetzelfde tekeningetje, maar wel verschillende versies. Je kan moeiteloos een hond (hmf, hmf), een poes (maw), een paard (hihihi), een koe (moe), een schaap (mèh), een varkentje (je grolt als je probeert te knorren) en zelfs een wild beest als een beer of een tijger nadoen. Je vindt het heerlijk als ik dan ook meedoe en gekke bekken trek, en dan zit je te schateren.
Zoals alle peuters dans je ook bijzonder graag. Zodra we iets van vrolijke muziek opzetten, spring je recht, en begin je met je kontje te schudden en je armen te bewegen. Als wij dan meedoen, val je soms om van het lachen. Je draait dan ook om je as, zoals je Wolf wel eens ziet doen, en uiteindelijk ben je helemaal zat en lig je gierend op de grond.
Yup, Kobe, je bent een fantastisch, vrolijk klein ventje, en we zien je graag!
- Geen reacties.
- Plaats een reactie
Schoenen
Goh, Kobe, wat ik een paar dagen geleden zei over je karaktertje, hebben we ondertussen al aan den lijve mogen ondervinden.
Tot hiertoe droeg je altijd van die zachte slofjes: eerst Bobuxjes, en dan van die fluweelachtige grijze dingetjes, ideaal eigenlijk. Alleen heb je niet echt graag iets aan je voeten: je trekt je pantoffels doorgaans vrij snel uit, en ook je kousen moeten er dan aan geloven.
Helaas, kleine muis, moet je, nu je begint te stappen, ook schoentjes leren dragen, enne... Dat is blijkbaar niet evident! Toen ik ze je gisteren aantrok, was je eerst verbaasd. "Tiens, zo'n gewicht aan mijn voeten?" Je zat rustig neer en wiebelde met je voetjes, en voelde eens aan die schoentjes. Geen probleem dus. Tot ik je op je voeten zette. Prompt liet je je op je poepje vallen en zette het op een brullen. Ik raapte je op en zette je opnieuw op je voeten, terwijl ik je onder je oksels vasthield. Geen doen aan, je wilde niet eens steunen op je voeten zolang je die schoenen aanhad. De decibels waren intussen niet van de poes, zelfs onze quasi dove hond kwam even kijken.
Je hebt de schoenen aangehouden tot in de kribbe, en daar heeft het blijkbaar niet lang geduurd voor ze uit waren.
Gisterenavond heb ik ze je daar weer aangetrokken, met alle gebrul van dien, en hier thuis heb je toch, bijzonder tegenspartelend, een stapje of vijf gedaan, vooraleer ik ze je weer uitdeed.
Zoals in vrijwel alles, klein sprot, gaan we ook met die schoenen geduld moeten hebben met jou. Maar ontsnappen zal je er niet aan, liefje, dat kan ook niet.
- Geen reacties.
- Plaats een reactie